Comrades marathon nummer 2. Op jacht naar de back-to-back



Na de vuurdoop vorig jaar, de euforie en de aanblik van die bijzondere medaille, wist ik dat de back to back er moest komen.
Aangezien je maar 1 keer de mogelijkheid hebt om die extra medaille te verdienen, had ik geen keus dan in 2019 terug te gaan om na de down ook de uprun te binnen de gestelde tijdslimiet te volbrengen.
Wil je meer weten over de verschillende medailles, ga dan naar deze pagina.

Op het moment dat de inschrijving geopend is (September) verzeker ik me van deelname aan de 2019 editie die van Durban naar Pietermaritzburg gelopen zal worden en een lengte van 87 km heeft.


Vanaf dat moment kan alles weer in het doel van de Comrades gesteld worden en plan ik de start van de voorbereiding halverwege December. De laatste marathon van 2018 werd die van Valencia, waar ik zou proberen een “nette” tijd neer te zetten die ik tevens als kwalificatie zou kunnen gebruiken.

Valencia werd een deceptie met een lichte blessure en mentale dip tot gevolg. December en januari verliepen qua voorbereiding dus niet helemaal naar wens, waardoor ik ook nog minder (lange) trainingen afwerkte dan gepland.
Met slechts 3 lange duurlopen van 25 km stond ik samen met Sieta aan de start van de Two Rivers marathon, de eerste lange training van het jaar, met als doel sub 4 en hopelijk een PR voor Sieta.
Dat PR lukte niet, maar de lange training wel en het was mentaal een stap in de goede richting.
Twee weken later een trail van 51 km waar ik het mentaal toch ook weer zwaar had, uit wilde stappen, maar ook deze training toch wist te voltooien.

De trainingskilometers liepen weer wat op. In Amstelveen lukte het om 3 uur 50 minuten over de hele marathon te doen, wat een prima kwalificatietijd is voor de Comrades. Die kon ik  afvinken en startvak D verzekerd.

Naast de lange duurlopen gebruikte ik de Zestig van Texel als langste en de Utrecht marathon als laatste lange duurloop in deze voorbereiding. Zowel mentaal als fysiek was ik fit en had ik zin in de uprun.

Ditmaal geen lange vakantie, maar een relatief korte trip naar Durban. Een paar dagen de tijd om bij te komen, te rusten (taperen), de expo te bezoeken en wat van Durban te zien.
De expo is echt te gek, goed geregeld, geordend, er is natuurlijk van alles te krijgen en het startpakket is goed gevuld.

In de Bed and Breakfast waar wij verblijven logeren nog 2 deelnemers aan de Comrades, dus voldoende gespreksstof aan de ontbijttafel. Op raceday, 9 juni 2019, worden wij door de echtgenoot van Yvonne vlak bij de start, Durban cityhall, afgezet. Jeffrey verblijft in een hotel vlakbij, maar we lopen elkaar mis.
De startvakken stromen langzaam vol voor de start van 5:30 uur. Bekijk het filmverslag voor de start.
Ten opzichte van vorig, toen handschoenen en lange mouwen een verstandige keuze waren, is het nu aangenaam bij een temperatuur van circa 12 graden. Het had een groot gedeelte van de nacht behoorlijk geregend, maar daar was niets meer van te merken. De enorme massa deelnemers (21.625) komt langzaam in beweging, het is nog behoorlijk donker, voorzichtigheid is dus geboden, maar het gaat goed.

De eerste 2 kilometers zitten erop, het eerste klimmetje hebben we al gehad en zijn op weg naar Pietermaritzburg als ik een pijnscheut in mijn linkerkuit voel. Ik ben Westville nog niet gepasseerd, heb nog zo’n lange weg te gaan naar de Scottsville race course in Pietermaritzburg.

Deze race is natuurlijk een behoorlijke fysieke uitdaging, het wordt niet zomaar “The Ultimate Human Race” genoemd, maar ik heb er nog wat extra mentale én fysieke issue bijgekregen.
Stoppen heb ik overwogen, maar we zijn daar toch niet voor naar Zuid-Afrika afgereisd, dus zolang mogelijk door blijven lopen, van post naar post, van de ene ontmoetingsplek met Ans, naar de volgende.

Dat dit de uprun betreft is al snel duidelijk, heel veel en lang vals plat omhoog, en het principe van walk up, run down wordt veelvuldig toegepast.
Cowies Hill, Pinetown, Fields Hill voorbij en op weg naar Kloof, de plek waar Ans mij opwacht en tevens een mogelijkheid om te stoppen als de kuit er echt geen zin meer in heeft.
Ik neem hier de tijd om me door Ans te laten masseren en besluit verder te lopen. De afspraak is dat we elkaar weer rond een kilometer of 60 ter hoogte van Camperdown weer zullen zien, tot dat punt probeer te doseren, de kuit te ontzien en te blijven bewegen.

Onderweg maak ik niet alleen gebruik van alle 48 verzorgingsposten, ook de posten waar de lopers gemasseerd kunnen worden doe ik een keer of 6 aan en kan zo goed en kwaad als het gaat door blijven lopen.

Ik heb inmiddels al een aantal bussen (pacegroepen) voorbij zien komen en richt me met name op heel blijven, zoveel mogelijk genieten en niet te vergeten het halen van de cut-offs.
De ene iets ruimer dan de ander, maar het lukt.

Na Winston Park, Hillcrest en Botha’s Hill liggen het Halfway point, de Wall of Honour en Arthur’s seat binnen handbereik en lukt het nog steeds binnen de cut-off te blijven.
Dit zijn pittige kilometers waar redelijk wat hoogtemeters gemaakt zijn. Het vervolg is zeker niet minder zwaar, maar de stijging lijkt gaat wat geleidelijker.
Na Drummond vervolg ik mijn weg nog steeds met een kuit die er eigenlijk niet zo heel veel zin meer in heeft, maar ik heb onderweg genoeg afleiding om dat te negeren.
Inchanga komt in zicht en via Harrison flats kan ik uitkijken naar Camperdown.


De plek waar Ans staat is bekend, het is behoorlijk druk hier, dus wandel ik en neem de tijd om naar haar uit te kijken. Ik moet vlak langs haar gelopen zijn en toch hebben we elkaar gemist, niet omkijken en dan gewoon door. Toch maar niet uitstappen op dit punt. We hebben contact, teruglopen gaat me te ver, dus spreken we af dat Ans doorrijdt richting finish en wij een kilometer of 10 verder een nieuwe poging doen elkaar te spotten.
Vlakbij het één na laatste cut-off punt bij Umlaas (hoogste punt) lopen we elkaar wederom mis en spreken we af elkaar dan maar bij de finish te zien. Hopelijk binnen de limiet. Er kan eindelijk wat serieuzer gedaald worden als we richting Little Pollys lopen.

Little Pollys vind ik echt niet zo little als de naam doet vermoeden, dus is het regelmatig wandelen geblazen. Inmiddels begint het aardig spannend te worden waar het de tijdslimiet betreft.
Van een paar die mij tijdens de race via de Comrades app volgen krijg ik berichten met de vraag of ik nog loop en het ga redden.

Als we uit de dubbele cijfers zijn worden we nog op Polly Shorts getrakteerd, wederom klimmen dus. Mijn kuit protesteert, maar ik loop nog steeds en met de haven in zicht doe ik er alles aan om het te halen.

Met nog een kleine 7 kilometer te gaan ligt een deelnemer te gillen van de kramp, er is juist op dit stuk geen post of toeschouwer die helpt, dus stop ik om haar te helpen. Na 5 minuten drukken op de kuit, zout naar binnen werken en voorzichtig masseren, gaat het weer en kunnen we beide verder.

Nu wordt het pas echt spannend, helemaal als ik een auto van de organisatie met klok op het dak voor me zie rijden. Zolang ik die niet voorbij ben haal ik de finish niet binnen de tijdslimiet.
Wat als sprinten voelde op dat moment, lukt en met nog 2-3 kilometer te gaan heb ik de auto in weten te halen en lijkt het zelfs op hardlopen wat ik doe.
Achteraf bleken de laatste 5 kilometers de snelste van de hele race.

De Scottsville racetrack is nu niet ver meer, die kan ik niet zien aangezien het al behoorlijk donker is geworden, maar de speaker en het publiek zijn hoorbaar. De laatste kilometer, ik kijk nog een keer op mijn horloge, realiseer me dat het te doen is en ga er dan ook voor.
Heel fijn dat we nog een viaduct mogen pakken, naar beneden…auw, pfff….en dan weer omhoog zien te komen, de verkeersdrempel lijkt wel een heuvel, maar hij wordt overwonnen.

Om me heen vallen mensen om, helpt men elkaar waar mogelijk, er zijn anderen die kruipen omdat lopen niet meer gaat. Met de finish zo dichtbij en nog maar zo weinig tijd, moet ik nu doorlopen en dat doe ik ook.
Op de filmpjes die ik achteraf op YouTube bekijk zie ik pas wat er allemaal om me heen gebeurd, maar ben ik ook verrast om te zien dat ik nog redelijk ontspannen richting finish ga. Ontspannen in mijn loophouding welteverstaan, want spanning was er genoeg.

De laatste 200 meter, Ans gilt de longen uit haar lijf, zwaait met de Nederlandse vlag, maar ik hoor en zie het gewoon niet in het donker en de drukte.
De klok heb ik groot in beeld, de speaker hoor ik roepen 90 seconds, 80 seconds, 70 seconds…dan ben ik er en wandel de laatste paar meter onder de finishboog door.
De laatste circa 100 meter ging over een kunstgras mat die niet alleen zacht, maar ook behoorlijk opgekruld was. Ik dacht maar 1 ding, voeten optillen, zodat je niet op je plaat gaat.

Met nog 59 seconden over heb ik het gehaald! Ik ben binnen, mijn tweede Comrades marathon deelname zit erop én ik heb naast mijn tweede Vic Clapham medaille recht op die back-to-back medaille.
Moe, blij, ongelofelijk trots en ietwat verbaasd dat ik ook de uprun tot een goed einde heb weten te brengen. 


In de maanden voorafgaand aan die negende juni krijg ik alle steun van, af en toe zelfs een extra zetje om te gaan trainen, aan een evenement deel te nemen, ook als dat betekent dat ik weer een nacht van huis ben én minder in het huishouden. Zulke steun en begrip kun je gewoon niet missen en in deze periode al helemaal niet. Dit geldt ook voor de steun van mijn crewmaatjes, die me kennen en weten wat zo'n voorbereiding nou eenmaal van je vraagt.


Reacties

  1. Wat een mooi verhaal met gave film. Echt een topprestatie 🥇🥇🥇

    BeantwoordenVerwijderen
  2. eindelijk even de tijd gemaakt voor je verslag en je video! Wat een verhaal en wat een emotie! Kippenvel bij die laatste 10 minuten van de video! Potverdorie, inderdaad, je hebt het gehaald! Op het nippertje maar he, inderdaad, tijd niet belangrijk. Je hebt de back to back!! Ben trots op jou maatje!! Tot snel!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Oh, ik zie dat ik Unknown ben hierboven :)

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten